"Het rondreizende circus van sierbloementelers is één van de grootste bedreigingen voor het platteland," stelt Michael Sijbom, directeur-bestuurder van Landschap Overijssel. "Dat moet een halt worden toegeroepen."

Grond uitgeput

Stoppende boeren houden hun grond vaak in eigendom en kiezen voor verpachten. Vanuit bedrijfseconomisch oogpunt gaat de grond dan meestal naar de hoogste bieder. Veelal een sierbloementeler die een hoog rendement wil behalen. Die draineert, verbruikt veel water en spuit continu middelen die het bodemleven doden. Als de grond is uitgeput, pacht hij elders een ander perceel om zijn bloemen te telen.

Rondreizend circus

"Dit rondreizende circus moeten we stoppen," vindt Sijbom. Hij roept de provincie en het nieuwe kabinet op om maatregelen te nemen. "De gebruikte bestrijdingsmiddelen blijven niet op de akkers liggen, maar verdwijnen in de sloot en worden kilometers verderop teruggevonden. Er is veel discussie en onzekerheid over de veiligheid van deze middelen. Wetenschappers waarschuwen voor Parkinson. Het is gewoon rotspul dat slecht is voor de gezondheid van mens, plant en dier."

Noaberschap

Ook signaleert de directeur een negatieve invloed op de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw en het noaberschap. Veel sierbloementelers zijn niet verbonden met de lokale gemeenschap of directe omgeving. Door hoge prijzen voor de pacht te bieden, snijden zij lokale boeren die willen extensiveren, de pas af. "Het zou beter zijn als deze percelen beschikbaar komen voor lokale agrariërs. Daarmee sla je drie vliegen in een klap: je helpt de lokale agrariër, draagt bij aan de leefbaarheid van het platteland en houdt de vervuilende en waterverslindende sierbloementeelt buiten de deur. Zeg dus nee tegen sierbloementeelt in Overijssel," besluit Sijbom.

Lees verder over sierbloementeelt in Overijssel.