Afgelopen najaar (2023) zijn we begonnen met de natuur op Beerze verder te versterken. Op drie verschillende plekken zijn we aan de slag gegaan. We hebben een aantal veenkernen versterkt, een verbinding van de heide met de veenkernen gecreëerd en een stukje stuifzand hersteld dat aan de oostkant van natuurterrein Beerze ligt. Vanwege de natte winter konden we de werkzaamheden in de veenkernen niet afronden. Dit hebben we in de nazomer gedaan. Inmiddels zijn de werkzaamheden goed afgerond.
Versterken van veenkernen
In Beerze liggen vijf veenkernen, zogenaamde hoogveenplateau’s, met daarin veenputjes. Na de natuurherstelmaatregelen uit 2020 zien we dat het water al beter wordt vastgehouden. Hier zijn we heel blij mee, want hoogveen gedijt alleen als het heel nat is. Maar we zien ook dat het water elders weer wegloopt naar de lagere delen in het gebied. Hier gaan we wat aan doen zodat het water beter blijft staan in de veenkernen en het veenmos weer als een spons kan volzuigen.
Verbinden heide met veen
We verbinden een stukje heide met het veen. Op de plek waar nu nog een klein bosje staat, zal een stuk heischraal grasland met her en der een alleenstaande boom ontstaan. We halen hiervoor het bosje weg. In het bosje staat veel Amerikaanse vogelkers, ook wel bospest genoemd. Deze halen we ook weg. We schrapen het bovenste laagje van de bodem weg, omdat hier de zaden van de vogelkers inzitten. Met het creëren van deze verbinding, kunnen de planten en dieren die er leven elkaar weer ‘bereiken’ en uitwisselen. Onder meer de levendbarende hagedis, adder, heideblauwtje en het plantje tormentil profiteren van het heischrale grasland dat hier komt. Daarnaast is het verwijderen van het bosje een goede manier om verdamping te verminderen en het gebied zo nat mogelijk te houden.
Stuifzand open maken
Rond het hoogveen lag vroeger veel stuifzand. Een stukje daarvan is afgesneden van de rest van Beerze door de N36 en de spoorlijn. Toch is het een bijzonder stukje natuur. Het stuifzand is grotendeels dichtgegroeid, er zijn nog drie open stukjes. Deze verbinden we met elkaar. Ook hier kunnen soorten elkaar weer vinden en robuuster worden.