Door nieuwe gewassen en landbouwtechnieken, dreigen schrale hooilanden uit ons landschap te verdwijnen. En dat heeft onder andere een negatief effect op onze soortenrijkdom. Landschap Overijssel zet zich in voor het behoud van hooilanden.
Hooi voor vee
Hooi was vroeger een gewild product, niet alleen als voer voor rundvee, maar ook voor paarden die voor transport en trekkracht in de landbouw en industrie zorgden. Voor de productie van hooi werden 'hooilanden' gebruikt. Vaak waren dat graslanden die te vochtig waren als weiland voor het vee en die dus werden gebruikt om hooi van te oogsten.
Bijzondere planten
In Nederland bevonden de hooilanden zich o.a. in beekdalen en uiterwaarden van rivieren. Door afzetting van slib bij overstromingen, waren ze erg vruchtbaar. Deze hooilanden verschraalden doordat ze wel gemaaid werden maar niet bemest. Zo ontstonden voedselarme schraalgraslanden die zich kenmerkten door een bijzondere plantengroei. Toen het paard in de 20e eeuw werd vervangen door de tractor en kunstmest zijn intrede deed, zijn onze hooilanden geleidelijk aan verdwenen. Het vee voerde men voortaan kuilgras en snijmais in plaats van hooi.
“In gebieden waar we werken aan het verschralen van de bodem, zien we inmiddels weer soorten terugkomen zoals de kale jonker”
Kale Jonker
Met het verdwijnen van hooilanden, zien we dat bepaalde plantensoorten en daardoor ook insecten het moeilijk krijgen. Landschap Overijssel zet zich in voor het behoud en herstel van hooilanden. In gebieden waar we werken aan het verschralen van de bodem, zien we inmiddels weer soorten terugkomen zoals de pinksterbloem en kale jonker. Deze laatste distel trekt veel insecten aan. Voor vlinders zoals de koninginnenpage en het bonte dikkopje is de kale jonker de waardplant, voor andere soorten een belangrijke nectarplant.