Een elzensingel is een met elzen beplante strook grond langs een sloot, met meestal een functie als veekering en eigendomsgrens. Elzensingels lijken veel op houtwallen, alleen is er bij elzensingel geen opgeworpen wal en is een singel vaak smaller dan een houtwal. In de begroeiing kunnen allerlei soorten opkomen, zoals kamperfoelie, hop, haagwinde, bramen en bosrandkruiden.
Ecologische functie elzensingel
Singels hebben net als houtwallen een ecologische functie. Voor veel planten en dieren vormen ze een netwerk van verbindingswegen in een landschap of tussen natuurgebieden. Ook dragen singels bij aan de identiteit en schoonheid van een streek, aantrekkelijk voor wandelaars en fietsers, dus ook voor jou!
Waar vind je Elzensingels?
Elzensingels komen vooral voor op laaggelegen zandgebieden met een hoge grondwaterstand en op overgangen van zeeklei of veen naar zand. In Overijssel vind je ze bij de overgang van zandgebied naar veen, zoals in de omgeving van Staphorst en Rouveen, en in voormalige veengebieden van bijvoorbeeld Vriezenveen.
Zelf een singel aanplanten en onderhouden?
Een paar tips: Een elzensingel, vaak gelegen langs een sloot, bestaat hoofdzakelijk uit zwarte els. Plaats bij aanwezigheid van vee altijd een raster tussen het weiland en de singel. Zet een singel met snel groeiende soorten eens in de 8 tot 10 jaar af, met langzaam groeiende soorten eens in de 15 tot 20 jaar. De hoogte waarop bomen of struiken worden afgezaagd, is gelijk aan de diameter van de stammen. Laat (oude) bomen met veel holtes en zeldzame struiken staan. Zet niet alle bomen tegelijk af. Zo blijft er voor dieren altijd een goede schuilplaats over.