Het gaat niet goed met de vogels van het boerenland. Bij alle aandacht voor deze weidevogels, verliezen we de graspieper nog wel eens uit het oog. Net als grutto, kievit en tureluur heeft hij het moeilijk. Maar anders dan dit trio is er niet zoveel voor nodig om het hem naar de zin te maken.
Herkenning
De graspieper wordt ook wel beschouwd als de vergeten weidevogel. Dat heeft ie ook wel een beetje aan zichzelf te danken. Want de graspieper doet wel erg z’n best om buiten beeld te blijven. Met z’n 15 cm is het een kleine vogel. Door z’n grijsbruin verenpak gaat ie op in z’n decor. Z’n nest verstopt ie goed in het hoge gras, het liefst aan de rand van een sloot; hier en daar noemen ze hem daarom ook kantleeuwerik. Maar als je hem met voedsel in de snavel op een rasterpaal ziet zitten, is de kans groot dat het nest niet ver weg is. Meer informatie over de grutto, vind je op: www.vogelbescherming.nl
Afname aantal graspiepers
Sinds de jaren zeventig is het aantal broedparen gedaald van 100.000 naar 70.000. Als broedvogel is de graspieper lokaal een zeldzaamheid geworden, ook in Overijssel “Hij moet het hebben van een open landschap met overjarige kruiden en lang, oud gras”, aldus Mark Zekhuis. “Die waren er altijd in overhoekjes, slootkanten en kruidenrijke graslanden. Door de intensieve landbouw, waarin productie voorop staat, is dat weg.”
“In Twente en Salland broedt de graspieper nauwelijks nog. Alleen in de veengebieden in de Kop van Overijssel houdt ie stand.”
Nieuwe plekken zorgen voor toename van de graspiepers
Dankzij gericht natuurbeheer voor soorten die houden van een open landschap en dankzij grootschalig weidevogelbeheer, komen er plekken bij waar de pieper het naar zijn zin heeft. In natuurgebieden waar de focus op soorten van het open landschap liggen en op plekken waar ouderwets hooibeheer plaatsvindt, neemt de soort toe. Mark ziet tot nu toe weinig specifieke actie voor het behoud van de graspieper als broedvogel. “Het is een onopvallende vogel. Dat hij verdwijnt zegt veel over de kwaliteit van z’n leefomgeving. Er is geen reddingsplan, maar er is misschien ook wel niet zoveel nodig om hem te redden. Als je twee jaar niks doet aan een stuk grasland in een goede omgeving, komt de graspieper er terug.”
Bescherming
Om de graspieper en andere weidevogelsoorten in ons landschap te behouden, moeten we ze goed beschermen. Landschap Overijssel coördineert de boerenlandvogelbescherming in Overijssel. Dit doen we door contact en kennis overdracht tussen de groepen te stimuleren, ze te voorzien van de nodige materialen, projecten uit te rollen en nieuwe vrijwilligers op te leiden. Elk voorjaar gaan weer veel vrijwillige beschermers het veld in om weidevogels te monitoren en waar mogelijk te beschermen. Dat doen ze altijd in goed overleg met de boer, zodat hij rekening kan houden met nesten of jonge weidevogels tijdens de werkzaamheden op het land. Een goede samenwerking met de boeren is één van de grootste succesfactoren. Wil jij aan de slag als boerenlandvogelvrijwilliger? Neem dan contact op met onze coördinator: Marja van Harten