Hou je van natuur en ben je nieuwsgierig naar vroegere tijden? Dan kun je je hart ophalen bij de Vasserheide en het Vassergrafveld. In dit gebied wemelt het van de archeologische monumenten. Grafheuvels duiken op in het landschap.
Mogelijke startpunten: Bushalte Vasse (ook bereikbaar met OV): 7661 PD Vasse; Bezoekerscentrum Dal van de Mosbeek: Bergweg 8, 7663 TB Mander; Brandtoren: Hooidijk 64, 7662 PB Hezingen; Bij alle startpunten is (gratis) parkeergelegenheid. NB aanlooproutes: volg de oranje lijnen in de app vanuit startpunten IJs & Es, Brandtoren en bushalte Vasse bij RK-kerk.
Mooie afwisselende route met doorkijkjes, bospaadjes en bredere zandwegen met 2 aanlooproutes en 1 doorsteekje over Hezinger Esch (oranje lijnen).
In de omgeving van Vasse liggen een aantal prachtige Natura 2000 gebieden. Ze zijn onderdeel van een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Hier wil men door het nemen van gerichte maatregelen het verlies van planten en dieren tegengaan en herstellen.
Deze route loopt onder andere langs het stroomgebied van de Roezebeek en de Hazelbekke, allebei onderdeel van het Natura 2000-gebied Dal van de Mosbeek - Springendal. De Hazelbekke drijft de prachtige watermolen De Mast aan, die even verderop langs deze weg staat.
De brongebieden van beide beekjes kennen een prachtige vegetatie, mede door het kalkrijke water dat hier omhoog borrelt. Het beheer van deze gebieden is in handen van Landschap Overijssel, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten.
Welkom in het Bezoekerscentrum Dal van de Mosbeek! Het bestaat uit Infocentrum IJs & Es, Watermolen Bels en Watermolen Frans. In het onbemande Infocentrum IJs & Es wordt het verhaal van Noordoost-Twente op beeldende wijze verteld. Het heeft dezelfde openingstijden als Restaurant Watermolen Bels.
Na de IJstijd stuwde het ijs de grondlagen in Twente met enorme kracht voor zich uit. De vorm van infocentrum IJs & Es verbeeldt de kracht van het ijs. Binnen vind je informatie over het ontstaan en de vroege bewoning van dit deel van Twente, een gebied waar veel prehistorische vondsten zijn gedaan.
Afwisselend in Watermolens Bels en Frans geven de molenaars op zondagmiddag maaldemonstraties. Ook erg leuk voor kinderen. Als Watermolen Frans open is, kun je de expositie over de geschiedenis van de molen en het molenaarsleven bekijken.
Natuurgebied Dal van de Mosbeek is een beschermd Natura2000-gebied. De grond bestaat uit keileem en dekzand waardoor bronnen met kalkrijk grondwater ontstaan zodat er bijzondere planten groeien. Om het bronnenlandschap te behouden, neemt Landschap Overijssel maatregelen om verdroging tegen te gaan.
Bezoek Dal van de Mosbeek Routes Landschap OverijsselRestaurant gevestigd in de oude watermolen, gerund door familie Bels.
www.watermolenbels.nlVia een doorsteekje loop je prachtig over de Hezinger Esch. Informatie over de Hezinger Esch is te lezen bij infopunt 'Hezinger Esch'.
De Braamberg is met z'n 76 meter een van de hoogste punten van Overijssel. Het bos is rijk aan spechten waaronder de kleine bonte specht. Andere karakteristieke vogels zijn wespendief, havik, fluiter en appelvink. Ook hoor je hier af en toe raven.
Bovenop de Braamberg bouwde de familie Jannink, bekend als een van de Twentse textielbaronnen, een riant buitenverblijf met uitzicht op de Holterberg. De fundering ligt er nog. De familie Jannink bezat onder meer de Braamberg, het Springendal en de Mandercirkels.
De Duitse bezetter brandde het buitenverblijf in 1944 af. De Duitsers waren bang dat dit mooie huis als uitkijkpost ging functioneren.
Je loopt hier langs de Hezinger Esch. Een es is een hooggelegen akker op een dekzandrug. Vanaf halverwege 1600 werden de bolle akkers nog hoger door bemesting met plaggen. De boeren verbouwden vooral graan op de es. Het woord ‘es’ is afgeleid van het Germaanse ‘atisk’: land waarvan gegeten wordt.
In het zuiden ligt naast de es, weggezakt in het landschap, natuurgebied de Hazelbekke. Het regenwater dat op de es valt, stroomt ondergronds af richting de Hazelbekke en komt daar aan de oppervlakte.
Vroeger waren er speciale wegen om overledenen naar het kerkhof te brengen, de 'dodenwegen'. De naam Höllweg was zo'n dodenweg (höll is Twents voor hel).
Vaak zijn deze wegen kaarsrecht, misschien omdat men de overledenen zo snel mogelijk naar de begraafplaats wilde vervoeren. Een meer spiritueel verhaal is dat dodenwegen zich zouden bevinden op 'leylijnen': onzichtbare, rechte lijnen die punten van geografische belang met elkaar verbinden.
Tegenwoordig worden leylijnen ook beschouwd als energiebanen die spirituele krachtcentra met elkaar verbinden. Er zou een kracht vanuit gaan, die ervoor zorgt dat je bijzondere dingen waarneemt en extra energie hebt. Oude offerplaatsen of heiligdommen bevinden zich vaak op leylijnen.
Bewandel de Höllweg en begeef je op de weg waarop onze voorouders hun laatste tocht maakten. Ervaar jij een energetische of spirituele kracht op deze weg?
Dit typisch Twentse beekje dankt zijn naam aan de hazelaars die langs het water staan. Het wordt gevoed met water vanuit de Hezinger Esch en de Boven Esch. In dit natuurgebied staan ook kwetsbare moerasvarens, boswederiken en wilde orchideeën.
Omstreeks 1960 was Hazelbekke een karakteristiek cultuurlandschap, bestaande uit graslandjes met unieke flora en fauna en akkers omzoomd door houtwallen. Door schaalvergroting veranderde het karakter van het natuurgebied en liep het aantal bijzondere dieren en planten terug.
Tegenwoordig krijgt 8 hectare grasland weer de vrije ruimte om zich als natuurgebied te ontwikkelen. De oude landbouwgronden zijn weer drassig gemaakt waardoor bijzondere planten zoals de dotterbloem, breedbladige orchis en zeldzame grote keverorchis weer een kans krijgen.
De Hazelbekke is eigendom van Natuurmonumenten. Vanwege de kwetsbaarheid is het terrein niet vrij toegankelijk. Onder begeleiding van een boswachter of gids kun je genieten van dit stukje unieke natuur.
In dit essenlandschap ontspringen meerdere bronnen en er zijn verschillende slenken, ontstaan in de voorlaatste ijstijd. Een slenk is een uitgeslepen sleuf, waardoor het smeltwater van de ijstongen zich verplaatste. Vandaar ook de straatnaam 'Slenkteweg'.
Vroeger konden boeren niets met dit lager gelegen, moerasachtige stuk bosgrond met essen. Ontstaan vanuit de Bovenesch stroomt hier een zijtak van het beekje Hazelbekke.
Vanuit Hezingen loopt u via de slenk Hazelbekke naar de volgende es, de Bovenesch. Zo komt u in de glooiingen van Nutter, een zogeheten 'marke' waarin de boeren zich vroeger verenigden en hun eigen rechtspraak hadden.
Vanaf de 13e eeuw regelde de marke het grondgebruik. Ook rechten en plichten ten aanzien van sloten, wegen en betaling van boetes werden vanuit de marke geregeld.
Aan de linkerkant zie je de Nutter Esch, een hooggelegen akker op een dekzandrug. In Twente ontstonden dekzandruggen tijdens de ijstijd, toen grote gletsjers de grond omhoog stuwden. Zo is het Twentse heuvelachtige landschap ontstaan.
De hoger gelegen dekzandruggen waren aantrekkelijk voor de boeren die zich hier vestigden. Rond 1100 werden stukken bouwland aaneengesloten tot akkercomplexen. In Twente, Salland en Drenthe noemen we zo'n akker een es. De grond werd vruchtbaar gemaakt met schapenmest en later met heideplaggen.
Met de komst van kunstmest (na 1850) kon landbouwgrond op eenvoudige wijze worden bemest. Steeds meer heidegrond werd ontgonnen. Er ontstonden gemengde bedrijven met steeds meer (melk)vee. Veel gemengde boerenbedrijven zijn de afgelopen decennia veranderd in intensieve veehouderijen.
Via het Natura2000-proces werkt Landschap Overijssel in dit gebied aan behoud en herstel van hoogwaardige natuur en het behoud van het coulissenlandschap. Zo voorkomen we dat eenzijdige mais- en grasvelden de overhand krijgen en onze soortenrijkdom verder afneemt.
Het Vassergrafveld is het bekendste grafheuvelveld van Nederland. Het rijksmonument bestaat uit 20 grafheuvels die stammen uit de periode van 3000 - 7000 jaar geleden. Dit gebied was een van de eerste vestigingsplaatsen in Twente.
Al in de Steentijd was dit al een aantrekkelijke plek voor bewoning; de hoge ligging zorgde voor droge voeten en er was bronwater beschikbaar.
Tijdens archeologisch onderzoek zijn 'raatakkers' (celtic fields) teruggevonden: kleine, rechthoekige akkers van circa 30 bij 40 meter, omgeven door aarden wallen. Tijdens de ijzertijd verbouwden boeren er graan zoals spelt. Met het blote oog zijn raatakkers meestal niet waarneembaar.
Hier op de stuwwal van Ootmarsum liggen naast alle natuurschoon ook de restanten van twee teerputten. De oorspronkelijke zandafgravingen zijn van 1957 tot 1972 gebruikt voor het dumpen van chemisch afval. Eerst gebeurde dat illegaal, later werd hier legaal zuurteer gestort.
Door de putten ontstond schade aan dit natuurgebied: bomen stierven en grondwater werd aangetast. Een plaatselijke boer klopte bij de gemeente aan omdat zijn roggeoogst mislukte zodra de wind vanaf de teerputten over zijn akker blies. Volgens de gemeente zaten er teveel wormen in zijn akker.
De eerste pogingen tot sanering, die in de jaren '70 begonnen, strandden. Pas in 2010 zijn de teerkuilen ingekapseld en aan de bovenkant afgedicht. Saneren is - in verband met de kosten - tot op heden geen optie geweest.
Deze route wordt bijgehouden door Bernadette Koopmans. De infopunten zijn samen met natuurgids Bram Jongsma geschreven. Beiden zijn vrijwilligers.
Maak Overijssel groener en gezonder. Al vanaf €7,50 bescherm jij één vierkante meter natuur.
Help mee!